Article 247. L'article 247 contient quatre paragraphes, qui identifient quatre objets possibles de la corruption : celle-ci peut viser l'accomplissement d'un acte juste (c'est-à-dire d'un acte que la personne qui exerce la fonction publique aurait accompli de toute manière, conformément aux règles s'imposant à elle), l'accomplissement d'un acte injuste ou l'abstention d'un acte rentrant dans l'ordre des devoirs, l'accomplissement d'un crime ou d'un délit ou l'usage d'une influence pour l'obtention ou l'abstention d'un acte.
Artikel 247. Artikel 247 bevat vier paragrafen, die vier mogelijke doelstellingen van de omkoping omschrijven. Deze kan beogen : het verrichten van een rechtmatige handeling (dit wil zeggen een handeling die de persoon die het openbaar ambt uitoefent sowieso verricht zou hebben, overeenkomstig de regels die dit ambt oplegt), het verrichten van een onrechtmatige handeling of het nalaten van een handeling die tot de ambtsplichten behoort, het verrichten van een misdaad of een wanbedrijf, of het gebruik van invloed voor het verrichten of het nalaten van een handeling.