7. insiste sur la nécessité d'un règlement politique pacifique du litige concernant les programmes nucléaires de l'Iran et demande la reprise des négociations; réaffirme son opposition à toute action militaire ou à toute menace d'utilisation de la force, et met en garde contre le fait qu'une action militaire aboutirait à une aggravation de la crise dans la région;
7. dringt aan op een vreedzame politieke oplossing van het conflict over de nucleaire programma's van Iran en roept op tot hervatting van de onderhandelingen; herhaalt dat het gekant is tegen iedere vorm van militair ingrijpen of dreiging met het gebruik van geweld en waarschuwt dat elk militair ingrijpen tot een verscherping van de crisis in de regio zal leiden;