2. Les soumissionnaires, demandeurs et candidats de pays non admissibles ou les biens d'origine non admissible peuvent être jugés admissibles par la Commission dans des cas d'urgence ou d'indisponibilité de produits et de services sur les marchés des pays concernés, ou dans d'autres cas dûment justifiés si l'application des règles d'admissibilité risque de rendre la réalisation d'un projet, d'un programme ou d'une action impossible ou excessivement difficile.
2. Inschrijvers, aanvragers en gegadigden uit niet voor deelname in aanmerking komende landen, alsook goederen van oorsprong uit niet voor deelname in aanmerking komende landen, kunnen door de Commissie worden aanvaard in geval van urgentie of de niet-beschikbaarheid van goederen of diensten op de markten van de betrokken landen, of in andere naar behoren gemotiveerde gevallen waarin de toepassing van de voorschriften voor het in aanmerking nemen de uitvoering van een project, programma of actie onmogelijk of uiterst moeilijk zou maken.