Si l'on constatait alors qu'il est encore titulaire d'un mandat dans une société où il ne se livre à aucune activité professionnelle et dont il ne tire aucune rémunération, il serait réputé (de manière irréfragable) être un travailleur indépendant et devrait s'affilier, avec effet rétroactif, à une caisse d'assurances sociales et payer des cotisations sociales et ce, même s'il se trouvait dans une situation d'indigence extrême.
Ook al komt die persoon in bittere armoede terecht, als nadien zou vastgesteld worden dat hij nog een mandaat heeft in een vennootschap, waarin hij niet de minste beroepsbezigheid verricht en waarvan hij niet de geringste bezoldiging ontvangt, dan wordt hij (op onweerlegbare wijze) geacht zelfstandige te zijn en moet hij met terugwerkende kracht aansluiten bij een sociaal verzekeringsfonds en sociale bijdragen betalen.