66. attire l'attention sur le volume relativement limité du budget alloué par l'Union européenne à la RDI par rapport aux budgets des États membres, qui représentent la majorité des fonds publics consacrés à la recherche; appelle dès lors à mettre davantage l'accent sur les instruments de financement qui exercent un effet de levier sur les dépenses nationales en matière de recherche, sur les investissements privés et sur les financements de la BEI, afin de promouvoir la coordination des efforts et de stimuler les investissements en vue de réaliser les objectifs européens;
66. wijst op de relatief lage EU-begroting voor OOI in vergelijking met de begrotingen van de lidstaten waaruit het merendeel van het onderzoek wordt gefinancierd; dringt derhalve aan op een grotere nadruk op financieringsinstrumenten met een hefboomeffect op nationale onderzoeksuitgaven, op particuliere investeringen, en op EIB-financiering, om de coördinatie van de inspanningen te bevorderen en om investeringen te stimuleren ter verwezenlijking van Europese doelstellingen;