CHAPITRE II. - Champ d'application Art. 5. Dans les présents statuts, on entend par : - "la sous-commission paritaire" : la Sous-commission paritaire
pour les services d'aides familiales et d'aides seniors de la Communauté française, de la Région wallonne et de la Communauté germanophone (318.01); - "le fonds" : le "Fonds social pour les
services des aides familiales et des aides seniors"; - "les ouvriers" : les travailleurs et travailleuses engagés dans les liens d'un contrat de travail d
...[+++]'ouvrier tel que défini par l'article 2 de la loi du 3 juillet 1978, quelle que soit leur fonction, ainsi que toute personne sous statut ouvrier émargeant à un programme de résorption de chômage, occupés dans un service du secteur de l'aide aux familles et aux personnes âgées ressortissant à la Sous-commission paritaire pour les services des aides familiales et des aides seniors; - "les employés" : les travailleurs engagés dans les liens d'un contrat de travail d'employé tel que défini par l'article 3 de la loi du 3 juillet 1978, quelle que soit leur fonction, ainsi que toute personne sous statut employé émargeant à un programme de résorption de chômage, occupés dans un service du secteur de l'aide aux familles et aux personnes âgées ressortissant à la Sous-commission paritaire pour les services des aides familiales et des aides seniors; - "les travailleurs" : les ouvriers, les ouvrières, les employées et les employés tels que définis ci-dessus; - "les employeurs" : les services ressortissant à la Sous-commission paritaire pour les services des aides familiales et des aides seniors; - "les organisations des employeurs et des travailleurs" : les organisations des employeurs et des travailleurs du secteur des aides familiales et seniors, représentées au sein de la Sous-commission paritaire pour les services des aides familiales et des aides seniors; - "masse salariale" : la masse salariale qui correspond aux quatre déclarations trimestrielles à l'Office national de sécurité ...HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied Art. 5. In deze statuten wordt verstaan onder : - "het paritair subcomité" : het
Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest en de Duitstalige Gemeenschap (318.01); - "het fonds" : het "Sociaal Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp"; - "de werklieden" : de werknemers en werkneemsters die aangeworven zijn in het kader van een arbeidsovereenkomst voor werklieden, zoals bepaald in artikel 2 van de wet van 3 juli 1978, ongeacht
hun functie, alsook alle personen ...[+++] met een werkliedenstatuut die vallen onder een programma ter bestrijding van de werkloosheid, tewerkgesteld in een dienst van de sector gezins- en bejaardenhulp die ressorteert onder het
Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp; - "de bedienden" : de werknemers die aangeworven zijn in het kader van een arbeidsovereenkomst voor bedienden, zoals bepaald in artikel 3 van de wet van 3 juli 1978, ongeacht hun functie, alsook alle
personen met een bediendestatuut die vallen onder een programma ter bestrijding van de werkloosheid, tewerkgesteld in een dienst van de sector gezins- en bejaardenhulp die ressorteert onder het
Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp; - "de werknemers" : de mannelijke en vrouwelijke werklieden en bedienden zoals hierboven bepaald; - "de werkgevers" : de diensten die ressorteren onder het
Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp; - "de werkgevers- en werknemersorganisaties" : de werkgevers- en werknemersorganisaties van de sector gezins- en bejaardenhulp, vertegenwoordigd in het
Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp; - "loonsom" : de loonsom die overeenstemt met de vier kwartaalaangiften aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van het jaar dat voorafgaat aan de toekenning van de voordelen.