Le nombre de points visé à l'alinéa premier est multiplié par respectivement 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9 ou 10 (et ainsi de suite) si, à la date habituelle de comptage, le nombre total de périodes-professeur hebdomadaires financées ou subventionnées par le Gouvernement flamand et organisées comme des cours pratiques ou y assimilées s'élève dans ledit établissement à respectivement 15, 19, 22, 29, 31, 33, 36, 43 ou 50 fois (et ainsi de suite par tranche de 7) les prestations minimum requises pour un emploi à temps plein d'enseignant chargé de donner des cours pratiques ou y assimilées.
Het in het eerste lid bedoeld aantal punten wordt vermenigvuldigd met 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9 respectievelijk 10 (en zo verder), indien op de gebruikelijke teldatum het door de Vlaamse Gemeenschap gefinancierde of gesubsidieerde totaal aantal wekelijkse uren-leraar ingericht als praktische vakken of daaraan gelijkgesteld in die instelling 15, 19, 22, 29, 31, 33, 36, 43 respectievelijk 50 (en zo verder per schijf van 7) maal de minimumprestaties bereikt die vereist zijn voor een voltijdse betrekking van leraar, belast met het geven van praktische vakken of daaraan gelijkgesteld.