De même, le Conseil d'État se demande, à titre d'exemple, si les articles 282, 337, alinéa 3, 458, alinéa 4, 466, 473, alinéa 2, 493 et 494 ne devraient pas également viser, de manière expresse, l'intervenant volontaire ou forcé.
De Raad van State vraagt zich ook af of bij wijze van voorbeeld in de artikelen 282, 337, derde lid, 458, vierde lid, 466, 473, tweede lid, 493 en 494 niet eveneens uitdrukkelijk moet worden verwezen naar de vrijwillig of gedwongen tussenkomende partij.