20. recommande, notamment en vue de lutter contre la surpopulation carcérale, de recourir autant que faire se peut, pour des personnes ayant commis des délits ne constituant pas un danger justifiant l'isolement, à des peines en milieu ouvert ou semi‑ouvert, voire à des solutions alternatives non pénitentiaires en fonction de la gravité du délit, ou à des dispositifs permettant la non-incarcération;
20. bepleit, om de overbevolking van gevangenissen tegen te gaan, dat daders van delicten die geen gevaar vormen dat grond oplevert voor geïsoleerde opsluiting, hun straf zoveel mogelijk ondergaan in open of halfopen regime, of zelfs onder een niet-penitentiair, alternatief regime, al naargelang de ernst van het delict, of dat gebruik wordt gemaakt van instrumenten die niet-opsluiting mogelijk maken;