Traduction de «anguillule des racines de la pomme de terre » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

anguillule a kyste de la pomme de terre | anguillule des racines de la pomme de terre | nematode dore:nematode des racines de la pomme de terre
geel aardappelcysteaaltje | Globodera rostochiensis

Décret sur la lutte contre l'anguillule des pommes de terre
Besluit Bestrijding Aardappelmoeheid

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Les plantes riches en amidon sont les plantes comprenant principalement des céréales (indépendamment du fait qu'on utilise les graines seules ou la plante entière, comme dans le cas du maïs vert), des tubercules et des racines comestibles (tels que les pommes de terre, les topinambours, les patates douces, le manioc et l'igname), ainsi que des cormes (tels que le taro et le cocoyam).
Zetmeelrijke gewassen zijn gewassen die hoofdzakelijk granen bevatten (ongeacht of enkel de granen dan wel de volledige plant worden gebruikt, zoals in het geval van snijmaïs), knollen en wortelgewassen (zoals aardappelen, aardperen, zoete aardappelen, cassave en yamswortelen) en stengelknolgewassen (zoals taro en cocoyam).

(q) "plantes riches en amidon": les plantes comprenant principalement des céréales (indépendamment du fait qu'on utilise les graines seules ou la plante entière, comme dans le cas du maïs vert), des tubercules et des racines comestibles (tels que les pommes de terre, les topinambours, les patates douces, le manioc et l'igname), ainsi que des cormes (tels que le taro et le cocoyam);
(q) "zetmeelrijke gewassen": gewassen die hoofdzakelijk granen bevatten (ongeacht of enkel de granen dan wel de volledige plant worden gebruikt, zoals in het geval van snijmaïs), knollen en wortelgewassen (zoals aardappelen, aardperen, zoete aardappelen, cassave en yamswortelen) en stengelknolgewassen (zoals taro en cocoyam);

10) "plantes riches en amidon": les plantes comprenant principalement des céréales (indépendamment du fait qu'on utilise les graines seules ou la plante entière, comme dans le cas du maïs vert), des tubercules et des racines comestibles (tels que les pommes de terre, les topinambours, les patates douces, le manioc et l'igname), ainsi que des cormes (tels que le taro et le cocoyam);
10". zetmeelrijke gewassen": gewassen die hoofdzakelijk granen bevatten (ongeacht of enkel de granen dan wel de volledige plant worden gebruikt, zoals in het geval van snijmaïs), knollen en wortelgewassen (zoals aardappelen, aardperen, zoete aardappelen, cassave en yamswortelen) en stengelknolgewassen (zoals taro en cocoyam);

D'après l'avis scientifique du groupe CONTAM sur le cadmium dans l'alimentation, les groupes d'aliments qui contribuent à la majeure partie de l'exposition au cadmium par voie alimentaire, principalement en raison d'une forte consommation, sont les céréales et les produits à base de céréales, les légumes, les fruits à coque et les légumes secs, les racines amylacées et les pommes de terre ainsi que la viande et les produits à base de viande.
Granen en graanproducten, groenten, noten en peulvruchten, zetmeelhoudende knollen of aardappelen en vlees en vleesproducten zijn volgens het wetenschappelijk advies over cadmium in levensmiddelen van het CONTAM-panel de groepen levensmiddelen die een groot aandeel hebben in de blootstelling aan cadmium via de voeding, voornamelijk vanwege de hoge mate van consumptie.

Légumes et fruits, à l'exclusion des légumes-feuilles, des fines herbes, des champignons, des légumes-tiges, des légumes-racines et des pommes de terre
Groenten en fruit, met uitzondering van bladgroenten, verse kruiden, fungi, stengelgroenten, wortelgroenten en aardappelen

Légumes et fruits, à l'exclusion des légumes-feuilles, des fines herbes, des champignons, des légumes-tiges, des pignons de pin, des légumes-racines et des pommes de terre
Groenten en fruit, met uitzondering van bladgroenten, verse kruiden, fungi, stengelgroenten, pijnboompitten, wortelgroenten en aardappelen

q)«plantes riches en amidon»: les plantes comprenant principalement des céréales (indépendamment du fait qu'on utilise les graines seules ou la plante entière, comme dans le cas du maïs vert), des tubercules et des racines comestibles (tels que les pommes de terre, les topinambours, les patates douces, le manioc et l'igname), ainsi que des cormes (tels que le taro et le cocoyam).
q)„zetmeelrijke gewassen”: gewassen die hoofdzakelijk granen bevatten (ongeacht of enkel de granen dan wel de volledige plant worden gebruikt, zoals in het geval van snijmaïs), knollen en wortelgewassen (zoals aardappelen, aardperen, zoete aardappelen, cassave en yamswortelen) en stengelknolgewassen (zoals taro en cocoyam).

Aux termes de la directive 96/25/CE aujourd'hui en vigueur, les aliments pour animaux présentant une teneur élevée en eau sont dispensés d'étiquetage (article 6, paragraphe 3, point b). Tel est le cas des tubercules, des racines et de leurs sous-produits, des déchets de houblon humides et des levures, des sous-produits de la pomme de terre, etc.
De huidige Richtlijn 96/25/EG stelt diervoeding met een hoog vochtgehalte vrij van etikettering (art. 6, lid 3, letter b)) (bvb. knollen, wortels en bijproducten ervan; nat afgewerkte hop en gist; bijproducten van aardappelen, enz.).

- bulbes, racines tubéreuses, rhizomes, tubercules destinés à la plantation (à l'exception des tubercules de pommes de terre)
- bollen, stengelknollen, wortelstokken, knollen bestemd voor opplant (andere dan aardappelen)

pulpe de betterave sucrière, betterave séchée, pomme de terre, patate douce sous forme de tubercule, manioc sous forme de racine, pulpe de pommes de terre (résidu solide de l'extraction de la fécule de pommes de terre), fécule de pomme de terre, protéines de pomme de terre et tapioca.
Suikerbietenpulp; gedroogde bieten, aardappels, knollen van zoete aardappels; maniokknollen, aardappelvezels (bijproduct van de extractie van aardappelzetmeel); aardappelzetmeel, aardappeleiwit en tapioca.