Le juge a quo demande à la Cour si l'article 31, § 1, 2°, de la loi du 1 août 1985 viole les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il « exclut du droit à l'indemnisation des personnes victimes de la traite des êtres humains qui, par définition, au moment de leur entrée sur le territoire, ne bénéficient pas du droit de séjour ».
Het verwijzende rechtscollege vraagt het Hof of artikel 31, § 1, 2°, van de wet van 1 augustus 1985 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt « doordat het van het recht op schadeloosstelling diegenen uitsluit die het slachtoffer zijn van mensenhandel en die per definitie op het moment dat zij het grondgebied binnenkomen, niet beschikken over het recht om er te verblijven ».