III. CONDITIONS D
E CONSTRUCTION DE L'APPAREIL DE CONTROLE A. Généralités 1.
Pour l'appareil de contrôle, les dispositifs suivants sont prescrits : a) des dispositifs indicateurs : - de la distance parcourue (compteur totalisateur), - de la vitesse (tachymètre), - de temps (horloge); b) des dispositifs enregistreurs comprenant : - un enregistreur de la distance parcourue, - un enregistreur de la vitesse, - un ou des enregistreurs de temps répondant aux conditions fixées à la rubrique III, section C, paragraphe 4; c) un dispositif ma
...[+++]rqueur indiquant séparément sur la feuille d'enregistrement : - toute ouverture du boîtier contenant cette feuille, - pour les appareils électroniques tels que définis au point 7 du chapitre II, toute coupure d'alimentation supérieure à 100 millisecondes de l'appareil (exception faite de l'éclairage), au plus tard au moment de la réalimentation, - pour les appareils électroniques tels que définis au point 7 du chapitre II, toute coupure d'alimentation supérieure à 100 millisecondes du capteur de distance et de vitesse et toute coupure du signal du capteur de distance et de vitesse.III. CONSTRUCTIE-EI
SEN VAN HET CONTROLEAPPARAAT A. ALGEMEEN 1. De volgende inricht
ingen zijn voor het controleapparaat voorgeschreven: a) afleesinrichtingen voor: - de afgelegde afstand (totaalteller), - de snelheid (tachometer), -de tijd (uurwerk); b) registreerinrichtingen, te weten: - een registreertoestel voor de afgelegde afstand, - een registreertoestel voor de snelheid, - een of meer registreertoestellen voor de tijd, die voldoen aan de in hoofdstuk III, C, onder 4, gestelde eisen; c) een merkinrichting die op het registrati
...[+++]eblad afzonderlijk aangeeft: - iedere opening van de kast die dit blad bevat, - voor de elektronische controleapparaten als bedoeld in punt 7 van hoofdstuk II: elke onderbreking van de stroomvoorziening van meer dan 100 milliseconden van het apparaat (met uitzondering van de verlichting), uiterlijk op het moment dat er weer stroomvoorziening is, - voor de elektronische controleapparaten als bedoeld in punt 7 van hoofdstuk II: elke onderbreking van de stroomvoorziening van meer dan 100 milliseconden van de afstands- en snelheidsopnemer en elke onderbreking van het signaal van de afstands- en snelheidsopnemer.