rappelle que l'abolition de la peine de mort est un des grands objectifs de la politique de l'Union européenne en matière de droits de l'homme; demande aux autorités indonésiennes d'envisager l'abolition de la peine de mort, ou au moins de déclarer un moratoire sur son application; estime, à cet égard, que le dialogue annuel sur les droits de l'homme entre l'Union et l'Indonési
e constitue le lieu approprié pour évoquer ces préoccupations; invite en outre instamment l'Union à s'engager de plus près auprès de la société civile pour promouvoir les droits de l'homme, l'état de droit et la lutte contre la corruption, et préconiser l'abolit
...[+++]ion de la peine de mort; herinnert eraan dat de afschaffing van de doodstraf een belangrijke doelstelling is van het mensenrechtenbeleid van de Unie; dringt er bij de Indonesische autoriteiten op aan de afschaffing van de doodstraf te overwegen of ten minste een moratorium op de toepassing van de doodstraf af te kondigen; gelooft in dit verband dat de jaarlijkse mensenrechtendialoog tussen de EU en Indonesië het aangewezen platform is om deze zorgen aan d
e orde te stellen; spoort de EU voorts aan nauwer samen te werken met het maatschappelijk middenveld van Indonesië teneinde mensenrechten, de rechtsstaat en de corruptiebestrijding te bevorderen, en de afscha
...[+++]ffing van de doodstraf te bepleiten;