L'article 424 du même Code, tel qu'il a été remplacé par l'article 26 de la loi du 14 février 2014, dispose : « Si la décision a été rendue par défaut et est susceptible d'opposition, le délai pour se pourvoir en cassation commence à courir à l'expiration du délai d'opposition ou, lorsque la décision a été rendue par défaut à l'égard du prévenu ou de l'accusé, après l'expiration des délais ordinaires d'opposition.
Artikel 424 van hetzelfde Wetboek, zoals vervangen bij artikel 26 van de wet van 14 februari 2014, bepaalt : « Wanneer de beslissing bij verstek is gewezen en vatbaar is voor verzet, neemt de termijn om beroep in cassatie in te stellen een aanvang bij het verstrijken van de termijn voor verzet of, wanneer de beslissing bij verstek is gewezen ten aanzien van de beklaagde of de beschuldigde, na het verstrijken van de gewone termijnen van verzet.