En renvoyant ainsi, par référence, pour les compléments de traitement des magistrats, aux règles applicables aux fonctionnaires - dont celles relatives aux frais de parcours et de déplacement précités -, l'article 363 du Code judiciaire satisfait au prescrit de l'article 154 de la Constitution, en ce que cet article requiert l'intervention du législateur; il ne peut dès lors être question, à cet égard, d'une discrimination dans le bénéfice de la garantie contenue dans cette disposition.
Door aldus expliciet te verwijzen, voor de weddetoeslagen van de magistraten, naar de regels die gelden voor de ambtenaren - waaronder die met betrekking tot de voormelde reis- en verplaatsingskosten -, voldoet artikel 363 van het Gerechtelijk Wetboek aan het voorschrift van artikel 154 van de Grondwet, in zoverre dat laatste artikel het optreden van de wetgever voorschrijft; er kan bijgevolg, in dat opzicht, geen sprake zijn van een discriminatie in het genot van de waarborg vervat in die bepaling.