96. se félicite de la proposition concernant la création du nouvel instrument européen de voisinage et de l'augmentation des crédits affectés à la PEV, comme il l'avait demandé dans ses résolutions antérieures; considère que la répartition des crédits devrait être flexible et convenir aux deux régions, tout en maintenant un équilibre régional, et qu'elle devrait se fonder sur une approche axée sur les performances et sur les engagements et les progrès en matière de réformes des pays partenaires, mais aussi sur leurs besoins et leurs capacités; constate que l'assouplissement et la simplification devraient respecter le droit de contrôle démocratique et s'accompagner d'une surveillance accrue des dépenses;
96. verwelkomt het voorstel voor het nieuwe Europees nabuurschapsinstrument en de verhoging van de financiering voor het ENB, zoals gevraagd in eerdere resoluties van het EP; is van oordeel dat de verdeling van fondsen flexibel en voor beide regio's adequaat moet zijn, waarbij het regionaal evenwicht gewaarborgd is en waarbij een aanpak wordt gehanteerd die uitgaat van prestaties, verbintenissen en vooruitgang van de hervormingen in de partnerlanden, maar ook van hun behoeften en van hun capaciteiten; merkt op dat grotere flexibiliteit en vereenvoudiging niet ten koste mogen gaan van democratisch toezicht en tevens vergezeld moeten gaan van meer toezicht op de uitgaven;