(14) Pour assurer la cohérence et la continuité des capacités d'infrastructure disponibles le long du corridor fret, il convient de coordonner les investissements sur le corridor fret entre les États membres , les gestionnaires de l'infrastructure et les entreprises ferroviaires concernés, ainsi que, le cas échéant, entre les États membres et les pays tiers européens, et de les planifier selon une logique répondant aux besoins du corridor fret.
(14) Om de samenhang en de continuïteit van de infrastructuurcapaciteit die beschikbaar is langs de goederencorridor te waarborgen, moeten de investeringen in de goederencorridor worden gecoördineerd tussen de lidstaten, de betrokken infrastructuurbeheerders en de betrokken spoorwegondernemingen, alsmede, indien van toepassing, tussen de lidstaten en Europese derde landen, en worden afgestemd op de behoeften van de goederencorridor.