Compte tenu de ce que le législateur souhaitait « trouver un juste équilibre entre la protection des intérêts fondamentaux de l'Etat et la protection des droits fondamentaux de l'individu » et, partant, instaurer un contrôle plus strict à l'égard des méthodes spécifiques et exceptionnelles dans la mesure où elles portent davantage atteinte à ces droits fondamentaux (Doc. parl., Sénat, 2008-2009, n° 4/1053/1, p. 12), l'exclusion des méthodes ordinaires du champ d'application de la disposition attaquée est raisonnablement justifiée.
Ermee rekening houdend dat de wetgever « een juist evenwicht [wenste] te vinden tussen de bescherming van de fundamentele belangen van de Staat en de bescherming van de fundamentele rechten van de mens » en bijgevolg een striktere methode wilde invoeren ten aanzien van de specifieke en uitzonderlijke methoden in zoverre zij in grotere mate afbreuk doen aan die fundamentele rechten (Parl. St., Senaat, 2008-2009, nr. 4/1053/1, p. 12), is de uitsluiting van de gewone methoden van het toepassingsgebied van de bestreden bepaling redelijk verantwoord.