Il prévoit le principe d’une stricte répartition des compétences entre l’Union européenne, représentée par la Commission, l’Autorité et l’Agence spatiale européenne (ASE), confère à la Commission la responsabilité de la gestion des programmes et lui attribue les missions initialement confiées à l’Autorité.
Deze verordening voorziet in een strikte scheiding van de bevoegdheden tussen de Europese Unie, vertegenwoordigd door de Commissie, de Autoriteit en het Europees Ruimteagentschap (European Space Agency — hierna „ESA”), verleent de Commissie de verantwoordelijkheid voor het beheer van de programma’s en kent haar de taken toe die aanvankelijk aan de Autoriteit waren toevertrouwd.