17. estime que la conclusion d'accords de réadmission devrait être conditionnée à l'existence, au niveau européen, d'une réelle politique de migration régulière et que de tels acco
rds ne devraient en aucun cas porter sur les personnes ayant transité par les pays tiers; Rappel que, selon la jurisprudence de la Cours européenne des droits de l'Homme, les Etats européens ne peuvent en aucun cas refouler une personne vers un Etat où elle risque d'y être soumis à des actes de torture ou à des traitements cruels, dégradants ou inhumains; considère qu'il est important d'étudier et d'intervenir sur le "facteur d'impulsion" qui incite un immigr
...[+++]ant à quitter son pays, et suggère l'élaboration de plans clairs d'aide au développement et d'investissements dans les pays d'origine et de transit en Méditerranée et suggère l'organisation de campagnes d'information sur l'immigration et l'asile; demande l'élaboration d'un instrument d'épargne et d'un fonds de garantie pour le développement; 17. meent dat het hertoelatingsakkoorden gekoppeld moeten worden aan de voorwaarde dat op Europees niveau een werkelijk beleid voor legale immigratie bestaat, en dat deze akkoorden in geen
geval betrekking mogen hebben op personen die via derde landen zijn gekomen; herinnert eraan dat volgens de jurisprudentie van het Europees Hof van de rechten van de mens de Europese landen in geen geval een persoon mogen uitzetten naar een land waar deze persoon het risico loopt op marteling of wrede, vernederende en onmenselijke behandeling; meent dat het belangrijk is onderzoek te doen naar en maatregelen te nemen op het vlak van de "impulsfactor"
...[+++] die een immigrant ertoe aanzet zijn land te verlaten, en stelt voor dat er duidelijke plannen voor steun aan de ontwikkeling en investering in de landen van herkomst en doorreis in het Middellandse-Zeegebied worden opgezet, en stelt tevens voor voorlichtingscampagnes over immigratie te organiseren; dringt aan op het opzetten van een spaarinstrument en een garantiefonds voor ontwikkeling;