L’autorité compétente dans la Communauté renvoie le certificat ou sa copie au correspondant officiel dans le pays tiers, visé à l’article 13, paragraphe 2, deuxième alinéa, en indiquant, le cas échéant, les motifs qui justifient une enquête et tous les renseignements obtenus qui laissent présumer que le certificat n’est pas authentique ou que les mentions qui y sont portées sont inexactes.
De bevoegde autoriteit in de Gemeenschap zendt het certificaat of de kopie ervan terug aan de in lid 13, lid 2, tweede alinea, bedoelde officiële autoriteit van het derde land onder opgave van, in voorkomend geval, de redenen voor het instellen van een onderzoek en alle verkregen gegevens die het vermoeden doen rijzen dat het certificaat niet echt is of dat de vermeldingen op het certificaat onjuist zijn.