En cas d'avis favorable de la Commission, le ministre qui a l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers dans ses attributions dispose, à partir de la réception de l'avis, d'un délai de cinq jours ouvrables pour se prononcer sur la demande d'autorisation exceptionnelle de séjour sur le territoire.
Ingeval van gunstig advies van de Commissie beschikt de minister die de toegang, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen onder zijn bevoegdheid heeft over een termijn van vijf werkdagen, vanaf de ontvangst van het advies, om een beslissing te treffen aangaande de aanvraag tot het uitzonderlijk verblijf op het grondgebied.