L'engagement des poursuites relève de l'appréciation du procureur fédéral qui peut requérir le juge d'instruction d'instruire sauf dans quatre hypothèses : si la plainte est manifestement non fondée, si les faits relevés ne correspondent pas à des violations graves du droit international humanitaire, si l'action publique est irrecevable et si l'intérêt d'une bonne administration de la justice conduit à préférer une autre juridiction, soit internationale, soit étrangère.
Het instellen van een vervolging behoorde tot de beoordelingsbevoegdheid van de federale procureur, die de onderzoeksrechter kon vorderen om een onderzoek in te stellen, behalve in vier gevallen, meer in het bijzonder als de klacht niet gegrond is, als de aangehaalde feiten niet overeenstemmen met ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht, als de strafvordering onontvankelijk is en als het belang van een goed beleid van het recht ertoe leidt een andere jurisdictie te verkiezen, zijnde een internationale of een buitenlandse.