Art. 5. Par dérogation aux articles 3 et 4, les ouvriers qui, durant la période du 1 janvier 2013 au 31 décembre 2014 inclus, satisfont aux conditions susmentionnées d'âge et d'ancienneté, mais qui ne sont licenciés qu'en dehors de la période de validité de la présente convention collective de travail, reçoivent une indemnité complémentaire à charge du "Fonds de sécurité d'existence de la préparation du lin" dans le cadre de la convention collective de travail n° 107 du 28 mars 2013 relative au système de cliquet pour le maintien de l'indemnité complémentaire dans le cadre de certains régimes de chômage avec complément d'entreprise.
Art. 5. In afwijking van artikel 3 en 4 ontvangen de werklieden die tijdens de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2014 voldoen aan de genoemde leeftijds- en anciënniteitsvoorwaarden, maar pas ontslagen worden buiten de geldigheidsperiode van deze collectieve arbeidsovereenkomst, een aanvullende vergoeding ten laste van het "Fonds voor bestaanszekerheid voor de vlasbereiding" in het kader van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 107 van 28 maart 2013 betreffende het kliksysteem voor het behoud van de aanvullende vergoeding in het kader van bepaalde stelsels van werkloosheid met bedrijfstoeslag.