Si le juge d'instruction n'a pas statué dans le délai prévu au § 5, alinéa 1, majore de quinze jours, les personnes visées au § 3, alinéa 4, auxquelles la notification a été adressée ou lui ont fait connaître leurs objections, peuvent s'adresser à la chambre des mises en accusation.
Indien de onderzoeksrechter geen uitspraak heeft gedaan binnen de bij § 5, eerste lid, bepaalde termijn, vermeerderd met vijftien dagen, kunnen de personen, bedoeld in § 3, vierde lid, aan wie de kennisgeving werd gericht of die hun bezwaren hebben kenbaar gemaakt, zich wenden tot de kamer van inbeschuldigingstelling.