15. prend acte de ce que la Commission a déclaré qu'une directive aussi essentielle que la directive 2004/38 relative au droit des citoyens de l'Union et des membres de leurs familles de circuler et de séjourner librement sur le territoire des États membres n'avait été, en pratique, correctement transposée dans aucun des États membres, que la Commission avait reçu 1 800 plaintes individuelles concernant
cette directive, en avait enregistré 115 comme plaintes et avait ouvert cinq procédures d'infraction pour faute d'application correcte de la directive; reconnaît à la Commission la collaboration et la transparence efficaces dont elle a f
...[+++]ait preuve vis-à-vis du Parlement concernant la directive 2004/38/CE; partage l'approche proposée par la Commission, qui prévoit la vérification permanente et exhaustive de celle-ci, le soutien aux États membres dans leurs efforts pour garantir une application pleine et correcte par la publication d'orientations ad hoc au cours du premier semestre 2009 et l'ouverture d'une procédure d'infraction à l'égard des États membres dont la législation nationale est contraire aux dispositions de la directive; exprime cependant de sérieuses préoccupations quant à la capacité de la Commission de jouer son rôle de "gardienne du traité" et à la possibilité offerte au Parlement de vérifier la politique d'enregistrement des plaintes menée par les différents services de la Commission; 15. neemt er kennis van dat de Commissie heeft verklaard dat een fundamentele richtlijn als Richtlijn 2004/38/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende het recht van vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten voor de burgers van de Unie en hun familieleden praktisch in geen enkele lidstaat correct is omgezet; wijst erop dat de Commissie meer da
n 1 800 individuele klachten met betrekking tot deze richtlijn heeft ontvangen, 115 ervan
als klachten heeft geregistreerd en in 5 gevallen een in
...[+++]breukprocedure heeft ingeleid wegens onjuiste omzetting van de richtlijn; erkent dat de Commissie, wat Richtlijn 2004/38/EG betreft, blijk heeft gegeven van transparantie en efficiënte medewerking met het Parlement en stemt in met de door de Commissie voorgestelde aanpak waarmee wordt voorzien in continue en uitgebreide controle op de Commissie zelf, in ondersteuning van de lidstaten bij het waarborgen van een volledige en correcte omzetting, waarvoor in de tweede helft van 2009 specifieke aanknopingspunten moeten worden gepubliceerd, en in inbreukprocedures tegen de lidstaten waarvan de nationale wetgeving in strijd is met de richtlijn; maakt zich ernstig zorgen over het vermogen van de Commissie om haar rol als "hoedster van de Verdragen" uit te leggen en over de mogelijkheid die het Parlement wordt geboden om controle uit te oefenen op het beleid van het registeren van de klachten door de diverse diensten van de Commissie;