41. fait observer que la production de biocarburants peut être de première importance pour l'agriculture des pays africains mais que les avantages environnementaux dépendent largement du type de culture énergétique et de l'énergie absorbée tout au long de la chaîne de production, sachant que les avantages réels en termes de réduction de CO2 restent à être démontrés et que la priorité absolue devrait être d'éviter que l'augmentation incontrôlée de ce type de production ne porte éventuellement atteinte à la nature et à l'environnement;
41. blijft erop aandringen dat de productie van biobrandstoffen potentieel van groot belang is voor de landbouw in Afrikaanse landen, maar dat de milieuvoordelen grotendeels afhangen van het soort energiegewas en de energie die wordt verbruikt in de algehele productieketen, terwijl de echte voordelen in de zin van een geringere CO2-uitstoot nog moeten worden bevestigd; is van mening dat de hoogste prioriteit moet uitgaan naar het vermijden van mogelijke schade aan de natuur en het milieu door een ongecontroleerde toename van de productie van biobrandstoffen;