Art. 137. S'il s'avère, lors du transport de marchandises dangereuses de la classe 7 ou lors de la manipulation de marchandises dangereuses de la classe 7, qu'un danger menace la sûreté de la population, des travailleurs ou de l'environnement, le préposé au transport doit en avertir sans délai l'Agence et le service de contrôle physique organisé suivant les modalités arrêtées par l'Agence.
Art. 137. Indien tijdens het vervoer van gevaarlijke goederen van de klasse 7 of tijdens de behandeling van gevaarlijke goederen van de klasse 7 blijkt dat de veiligheid van de bevolking, van de werknemers of van het leefmilieu bedreigd wordt, moet de aangestelde voor het vervoer onmiddellijk het Agentschap en de ingerichte dienst voor fysische controle verwittigen volgens de modaliteiten vastgelegd door het Agentschap.