Art. 4. Les ayants droit, pensionnés au cours de l'exercice du fonds ainsi que les héritiers des ayants droit décédés au cours de ce même exercice, ont droit au montant intégral fixé plus haut, pour autant que les ouvriers(ères) intéressés remplissent les conditions d'octroi, jusqu'à la date de leur pension ou de leur décès.
Art. 4. De rechthebbenden die in de loop van het boekjaar van het fonds met pensioen zijn gegaan, alsmede de erfgenamen van de rechthebbenden die in de loop van datzelfde boekjaar zijn overleden, hebben recht op het volledige bedrag dat hierboven is bepaald, voor zover de betrokken mannelijke of vrouwelijke werklieden tot op de dag van hun pensionering of hun overlijden de toekenningsvoorwaarden vervullen.