la question de savoir s'il convient de poursuivre dans la voie d'une plus grande centralisation formelle de la surveillance de tous les établissements de crédit par le biais de la BCE, comme le prévoit le traité (article 105), et, dans la négative, comment mettre en œuvre l'action centralisée, et à qui confier cette tâche, si un tel besoin s'en fait sentir du fait du changement technologique et d'une nouvelle dynamique concurrentielle, facteurs qui sont tous deux omniprésents;
de vraag of de in het Verdrag (art. 105) voorziene grotere formele centralisering van het toezicht op kredietinstellingen door de ECB moet worden nagestreefd, en zo nee, hoe en door wie gecentraliseerde maatregelen ten uitvoer moeten worden gelegd, mocht de noodzaak daartoe zich voordoen vanwege technologische veranderingen en nieuwe concurrentiedynamieken, die beide algemeen verbreide factoren zijn;