Le juge a quo demande à la Cour si l'article 2 de la loi du 28 juin 1966 viole les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il établit une distinction entre, d'une part, les travailleurs
qui sont occupés en Belgique et qui sont au service d'une entreprise qui n'a pas de siège ou d'unité technique d'exploitation en Belgique et, d'autre part, les travailleurs
qui sont occupés en Belgique et qui sont au service d'une entreprise qui dispose d'un tel siège ou d'une telle unité d'exploitation, seuls les travailleurs de la
deuxième ...[+++]catégorie pouvant prétendre aux indemnités dues en vertu de cette loi.
De verwijzende rechter vraagt het Hof of artikel 2 van de wet van 28 juni 1966 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt door een onderscheid te maken tussen, enerzijds, werknemers die worden tewerkgesteld in België en in dienst zijn van een onderneming die geen zetel of technische bedrijfseenheid in België heeft en, anderzijds, werknemers die in België worden tewerkgesteld en in dienst zijn van een onderneming die wel over een dergelijke zetel of bedrijfseenheid beschikt, waarbij enkel de werknemers van de tweede categorie aanspraak kunnen maken op de vergoedingen waarin de wet voorziet.