« Art. 238 bis. — Seront punis d'un emprisonnement d'un mois à deux ans et d'une amende de cinquante euros à cinq cents euros, les membres et membres suppléants de la Chambre des représentants, du Sénat, des parlements régionaux et de Communauté, des conseils provinciaux, des conseils communaux, des conseils de district et des conseils de l'aide sociale, ainsi que les membres et membres suppléants du Parlement européen élus en Belgique, qui se seront immiscés dans l'exercice du pouvoir judiciaire, soit en intervenant sur le cours d'un
...[+++]e affaire mise à l'instruction ou renvoyée devant les cours et tribunaux, soit en tentant d'influer sur le jugement d'une affaire mise en délibéré, soit en s'opposant d'une manière quelconque à l'exécution d'une décision coulée en force de chose jugée. « Art. 238 bis. — Met gevangenisstraf
van een maand tot twee jaar en met geldboete van vijftig euro tot vijfhonderd euro worden gestraft, de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers, de Senaat, de parlementen van gewesten en gemeenschappen, de provincieraden, de gemeenteraden, de districtraden en de OCMW-raden en hun opvolgers, alsook de in België verkozen leden van het Europees parlement en hun opvolgers, die zich inmengen in de uitoefening van de rechterlijke macht, hetzij door zich te bemoeien met het verloop van een zaak waarvan het onderzoek loopt of die verwezen is naar de hoven en rechtbanken, hetzij door te pogen het vonnis
...[+++] te beïnvloeden over een zaak die in beraad is genomen, hetzij door zich op een of andere wijze te verzetten tegen de uitvoering van een in kracht van gewijsde gegane beslissing.