68. observe que le Bureau a donné son accord, le 26 septembre 2011, au plan d'activité de la Maison de l'histoire européenne à Bruxelles et que la Commission a fait part de son désir d'apporter une contribution non spécifiée aux coûts de fonctionnement du projet, en annonçant qu'elle lui communiquerait avant la fin de l'été 2013 les modalités de sa contribution; observe, avec regret, qu'aucune contribution n'est attendue de la Commission pour les coûts d'établissement du projet;
68. merkt op dat het ondernemingsplan voor het Huis van de Europese geschiedenis in Brussel op 26 september 2011 is goedgekeurd door het Bureau en dat de Commissie zich bereid heeft getoond om een niet nader bepaalde bijdrage te leveren aan de operationele kosten van het project en de voorwaarden van haar bijdrage voor het eind van de zomer van 2013 aan het Parlement zal meedelen; betreurt dat van de Commissie geen bijdrage wordt verwacht voor de aanloopkosten van het project;