40. souligne que si l'on ne peut établir que les organismes génétiquement modifiés (OGM) constituent un facteur important de la diminution du nombre des colonies d'abeilles, il est essentiel de résoudre les problèmes auxquels sont confrontés les apiculteurs, à savoir la dispersion du pollen par les butineurs et la probabilité de contamination du pollen;
40. onderstreept dat we weliswaar niet kunnen vaststellen dat genetisch gemodificeerde organismen een belangrijke verklaring zijn voor de daling van het aantal bijenkolonies, maar dat het essentieel is om de problemen op te lossen waarmee de bijentelers te kampen hebben, te weten de verspreiding van het stuifmeel door haalbijen en de kans op pollencontaminatie;