3. Pour les établissements de crédit qui calculent les montants de leurs expositions pondérés conformément à la section 3, sous-section 2, les montants positifs résultant du calcul visé à l'annexe VII, partie 1, point 36, peuvent, jusqu'à concurrence de 0,6 % des montants des expositions pondérés calculés conformément à la sous-section 2, être reconnus comme autres éléments.
3. Bij kredietinstellingen die de risicogewogen posten op basis van afdeling 3, onderafdeling 2, berekenen, kunnen de positieve bedragen die de uitkomst zijn van de berekening op basis van bijlage VII, deel 1, punt 36, tot maximaal 0,6% van de risicogewogen posten zoals berekend op basis van onderafdeling 2, worden aanvaard als andere bestanddelen.