J'aimerais que l'honorable secrétaire d'État me dise à cet égard, s'il ne trouve pas qu'il serait raisonnable, étant donné notamment le caractère progressif de cette maladie, que l'administration fasse toujours droit à une demande de carte de stationnement lorsque ladite maladie a été diagnostiquée.
Acht de geachte staatssecretaris het niet redelijk, mede gelet op het voortschrijdende karakter van deze ziekte, dat een aanvraag voor het verkrijgen van een parkeerkaart wanneer deze diagnose gesteld werd, steeds zou worden ingewilligd ?