14. reconnaît que, depuis 2006, l'Agence a donné suite à 15 des 28 recommandations formulées par le service d'audit interne; souligne que, parmi les 13 recommandations encore en suspens, 2 sont considérées comme revêtant un caractère «déterminant» et 5, un caractère «très important»; souligne que ces recommandations portent sur l'incertitude budgétaire, l'absence d'analyse des risques, l'absence de politique d'évaluation et de promotion, la procédure de séparation des exercices et l'absence de procédure concernant le relevé des exceptions qui ont été arrêtées;
14. erkent dat het Agentschap uitvoering heeft gegeven aan 15 van de 28 sinds 2006 door de dienst Interne Audit gedane aanbevelingen; merkt op dat er van de 13 aanbevelingen waaraan nog wordt gewerkt 2 worden beschouwd als „essentieel” en 5 als „zeer belangrijk”; merkt op dat deze aanbevelingen betrekking hebben op budgettaire twijfelgevallen, het ontbreken van een risicoanalyse, het ontbreken van een beoordelings- en bevorderingsbeleid, de afsluitingsprocedure en het ontbreken van een procedure voor het registreren van gevallen waarvoor geen uitzondering meer wordt gemaakt;