Vertaling van "carburants liquides " (Frans → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

exposition à un flash de chaleur dans une explosion due à un carburant liquide
blootstelling aan hittegolf in explosie met vloeibare brandstof

appareil distributeur de carburants liquides ou gazeux
verdeelapparaat van vloeibare of gasvormige motorbrandstoffen

taxe sur les appareils distributeurs de carburants liquides ou gazeux
belasting op de verdeelapparaten van vloeibare of gasvormige motorbrandstoffen

carburant liquide
vloeibare brandstof

combustible de remplacement [ carburant acétono-butylique | carburant de substitution | carburant non pétrolier | diester ]
vervangende brandstof [ diester ]

fraise dentaire en carbure réutilisable
herbruikbare tandheelkundige carbide frees

fraise dentaire en carbure à usage unique
tandheelkundige carbide frees voor eenmalig gebruik

contact avec ou inhalation de:air liquide | azote liquide | hydrogène liquide | neige carbonique | exposition prolongée dans un congélateur
contact met of inhalatie van | koolzuursneeuw | contact met of inhalatie van | vloeibare | lucht | contact met of inhalatie van | vloeibare | stikstof | contact met of inhalatie van | vloeibare | waterstof | langdurig verblijf in diepvriesruimte

carburant
motorbrandstof

taxe sur les carburants
heffing op brandstoffen

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

...érale 50.50.) sépare les carburants liquides, à température et pression ordinaires du GPL qui est un carburant gazeux à température et pression ordinaire; Considérant qu'à l'heure actuelle, dans le domaine des gaz utilisés comme carburants, seules les stations-services destinées à l'alimentation en gaz de pétrole liquéfié (GPL) des réservoirs des véhicules à moteur sont visées, en classe 2, à l'annexe I de l'arrêté du Gouvernement wallon du 4 juillet 2002 arrêtant la liste des projets soumis à étude d'incidences et des installations et activités classées relatif à la procédure et à diverses mesures du décret du 11 mars 1999 relatif au permis d'environnement, sous la rubrique 50.50.04.; Considérant que les impacts des installations de distribution de carburants ravitaillant les véhicules à moteur avec du gaz, autre que le gaz de pétrole liquéfié, sont aussi susceptibles d'avoir des impacts non négligeables sur l'environnement (émissions atmosphériques, risque d'explosions, nuisances dues au charroi); qu'il convient donc de les classer en classe 2 de la même manière que les stations-services destinées à l'alimentation en gaz de pétrole liquéfié des réservoirs des véhicules à moteur; Considérant dés lors qu'il est proposé d'étendre le champ d'application de la rubrique 50.50.04 de l'arrêté du Gouvernement wallon du 4 juillet 2002 arrêtant la liste des projets soumis à étude d'incidences et des installations et activités classées à toutes les installations de distribution de carburants ravitaillant les réservoirs des véhicules à moteur avec du carburant gazeux; Considérant qu'il convient de faire une distinction entre les installations de distribution de carburants, accessibles ou non au public, qui sont des installations contenant au moins une installation de compression de gaz, un ou des réservoirs tampons, destinées à ravitailler en peu de temps un grand nombre de véhicules et les petites unités de ravitaillement destinées à approvisionner un nombre limité de véhicules (temps de remplissage long), ne disposant pas, comme les installations de distribution de carburants, de stockage intermédiaire du gaz à haute pression; que, pour celles-ci, les risques inhérents à leur exploitation sont de moindre importance et justifie de ne les classer qu'en classe 3; Sur la proposition du Ministre de l'Environnement; ...
...eueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde installaties en activiteiten de huidige indeling van toepassing op de detailhandel en/of de distributiehandel van brandstoffen (algemene rubriek 50.50.) een onderscheid maakt tussen vloeibare brandstoffen, bij normale temperatuur en druk, en LPG dat een gasvormige brandstof is bij normale temperatuur en druk; Overwegende dat thans inzake de als brandstof gebruikte gassen alleen de tankstations voor de bevoorrading van motorvoertuigen met LPG bedoeld worden in klasse 2 waarvan sprake in bijlage I bij het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bepaling van de lijst van de aan een milieueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde installaties en activiteiten en het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 betreffende de procedure en diverse maatregelen tot uitvoering van het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning, onder rubriek 50.50.04.; Overwegende dat de brandstofverdeelinstallaties die motorvoertuigen bevoorraden met ander gas dan LPG ook aanzienlijke milieueffecten kunnen veroorzaken (luchtemissies, ontploffingsrisico, hinder te wijten aan het vervoer); dat ze dus in klasse 2 ingedeeld moeten worden net zoals de tankstations voor de bevoorrading van motorvoertuigen met LPG; Overwegende derhalve dat voorgesteld wordt om het toepassingsveld van rubriek 50.50.04 van het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bepaling van de lijst van de aan een milieueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde installaties en activiteiten uit te breiden tot alle brandstofverdeelinstallaties die motorvoertuigen met gasvormige brandstoffen bevoorraden; Overwegende dat een onderscheid moet worden gemaakt tussen de al dan niet voor het publiek toegankelijke brandstofverdeelinstallaties die beschikken over minstens één gasdrukinstallatie, één of meer buffertanks voor de snelle bevoorrading van een groot aantal voertuigen en de kleine bevoorradingseenheden voor de bevoorrading van een beperkt aantal voertuigen (lange vullingstijd) die in tegenstelling tot de brandstofverdeelinstallaties niet beschikken over een tussentijdse opslag van hogedrukgas; dat laatstgenoemde installaties slechts in klasse 3 ingedeeld kunnen worden omdat de uitbating ervan kleinere risico's met zich meebrengt; Op de voordracht van de Minister van Leefmilieu; ...

L'on entend par : un carburant alternatif gazeux : un carburant qui se substitue aux carburants liquides à température et pression normales (0 °C et 1 atmosphère) en tant que source d'énergie pour les transports.
Er wordt verstaan onder : gasvormige alternatieve brandstof : een brandstof die de vloeibare brandstoffen bij gewone temperatuur en druk (0 °C en 1 atmosfeer) vervangt als energiebron voor de vervoersmiddelen.

5. Quand pensez-vous que le fonds destiné à l'assainissement des sols pollués par les carburants liquides de chauffage sera créé ?
5. Tegen wanneer denkt u het fonds om bodemverontreiniging veroorzaakt door vloeibare brandstoffen voor verwarmingsdoeleinden opgericht te hebben?

Les 16 décembre 2014 et 16 juin 2015, je vous ai adressé une question écrite à propos de la création d'un fonds fédéral pour l'assainissement des sols pollués par les carburants liquides de chauffage.
Op 16 december 2014 en op 16 juni 2015 stelde ik u een schriftelijke vraag over het federaal op te richten fonds om bodemverontreiniging veroorzaakt door vloeibare brandstoffen voor verwarmingsdoeleinden aan te pakken.

Vous vous étiez alors exprimé dans les termes suivants: " Enfin, l'engagement prévoit que l'accord de coopération sera approuvé dans le courant de 2015 par les gouvernements régionaux et fédéral, afin d'aboutir rapidement à la création d'un fonds destiné à l'assainissement des sols pollués par les carburants liquides de chauffage" (Questions et Réponses, Chambre, 2014-2015, n°7, page 198).
U zei: "Tenslotte is er de verbintenis geformuleerd dat het samenwerkingsakkoord in de loop van 2015 zal worden goedgekeurd door de gewestelijke regeringen en de federale regering, om te komen tot een snelle oprichting van een fonds om bodemverontreiniging veroorzaakt door vloeibare brandstoffen voor verwarmingsdoeleinden aan te pakken" (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2014-2015, nr. 7, blz. 198).

Création d'un fonds pour l'assainissement des sols pollués par les carburants liquides de chauffage.
Oprichting fonds om bodemverontreiniging door vloeibare brandstoffen aan te pakken.

1. a) Les affaires ayant fait l'objet des 6 jugements d'acquittement du 24 novembre 2010 du Tribunal correctionnel de Namur, pour illégalité de l'arrêté ministériel du 27 octobre 2005 concernant la taxation des produits énergétiques et de l'électricité, sont encore au rôle de la Cour d'appel de Liège. b) Les cas de jurisprudence sont limités en raison de l'entrée en vigueur, le 29 août 2013, de l'arrêté ministériel du 22 août 2013 relatif aux mesures de contrôle à appliquer aux carburants liquides détenus, vendus ou utilisés pour l'alimentation des moteurs à explosion ou des moteurs à combustion (Mon. 29 août 2013) qui a remplacé l'article 47 de l'arrêté ministériel du 27 octobre 2005 concernant la taxation des produits énergétiques et de l'électricité, en vue de garantir la sécurité juridique.
1. a) de zaken die het voorwerp uitmaken van de 6 vonnissen van vrijspraak van 24 november 2010 van de correctionele rechtbank van Namen, over de onwettigheid van het ministerieel besluit van 27 oktober 2005 betreffende de belasting van energieproducten en elektriciteit, staan nog op de rol van het Hof van Beroep te Luik . b) De gevallen in de rechtspraak zijn beperkt omwille van de inwerkingtreding, op 29 augustus 2013, van het ministerieel besluit van 22 augustus 2013 betreffende de controlemaatregelen van toepassing op de vloeibare motorbrandstoffen die voorhanden zijn, verkocht of gebruikt worden voor de aandrijving van explosie- of verbrandingsmotoren (B.S. 29 augustus 2013), dat, om de juridische zekerheid te waarborgen, artikel 47 van het ministerieel besluit van 27 oktober 2005 betreffende de belasting van energieproducten en elektriciteit heeft vervangen.

(1) Pour les installations avec une puissance thermique nominale de plus de 300 MW qui sont alimentées pendant au moins 1000 heures avec du carburant liquide, que ce soit en même temps ou non qu'un carburant gazeux ou fixe, ces valeurs limites d'émission mentionnées pour le carburant liquide pour le Nox sont remplacées par 400 mg/Nm.
(1) Voor installaties met een nominaal thermisch vermogen van meer dan 300 MW die minder dan 1000 uren per jaar met vloeibare brandstof worden gevoed, al dan niet gelijktijdig met een gasvormige of vaste brandstof, worden deze voor vloeibare brandstof vermelde emissiegrenswaarden voor NO vervangen door 400 mg/Nm.

1 Pour les installations avec une puissance thermique nominale de plus de 300 MW qui sont alimentées pendant au moins 1 000 heures avec du carburant liquide, que ce soit en même temps ou non qu'un carburant gazeux ou fixe, ces valeurs limites d'émission mentionnées pour le carburant liquide pour le NO sont remplacées par 400 mg/Nm.
1 Voor installaties met een nominaal thermisch vermogen van meer dan 300 MW die minder dan 1 000 uren per jaar met vloeibare brandstof worden gevoed, al dan niet gelijktijdig met een gasvormige of vaste brandstof, worden deze voor vloeibare brandstof vermelde emissiegrenswaarden voor NO vervangen door 400 mg/Nm.

Si, après l'impact, la fuite de carburant liquide d'un quelconque élément du circuit de carburant continue, celle-ci ne doit pas dépasser 5 × 10-4 kg/s; si le carburant se mélange aux liquides d'autres circuits et si les divers liquides ne peuvent être aisément séparés et identifiés, tous les liquides recueillis sont pris en compte dans l'évaluation du débit de fuite.
Indien na de botsing vloeistof uit het brandstoftoevoersysteem blijft lekken, mag de leksnelheid niet meer dan 5 × 10-4 kg/s bedragen; indien de vloeistof uit het brandstoftoevoersysteem zich mengt met vloeistoffen uit andere systemen en de verschillende vloeistoffen niet gemakkelijk kunnen worden gescheiden en geïdentificeerd, worden bij het beoordelen van de continue lekkage alle opgevangen vloeistoffen in aanmerking genomen.