26. déplore le caractère non contraignant des recommandations de l'EPU, dans la mesure où l'EPU donne le droit aux États d'accepter ou non les recommandations; constate que, dans certains cas comme celui du Sri Lanka, le pourcentage de recommandations acceptées est
faible; considère toutefois que toutes les recommandations ne sont pas toujours utiles ni conformes aux obligations internationales en matière de droits de l'homme; estime, dès lors, que l'EPU ne s'avère peut-être pas l'instrument le plus utile dans certains cas, et souligne l'importance des
...[+++] mécanismes de contrôle indépendants et des conclusions des ONG dans le processus de l'EPU, tout en maintenant les mandats du CDH par pays; 26. betreurt het niet bindende karakter van UPE-aanbevelingen, hetgeen voortvloeit uit het recht dat de UPE landen toekent om te beslissen welke aanbevelingen zij kunnen accepteren; merkt op dat het percentage geaccepteerde aanbevelingen in sommige gevallen, zoals dat van Sri Lanka, laag is; bedenkt evenwel dat niet alle aanbevelingen waardevol hoeven te zijn of in overeenstemming met internationale verplichtingen op het gebied van de mensenrechten; is daarom van mening dat hieruit blijkt dat de UPE in sommige gevallen wellicht niet het meest nuttige instrument is en onderstreept het belang van onafhankelijke monitoringmechanismen en bevindingen door NGO'
...[+++]s in het UPE-proces, met handhaving van de landenmandaten van de UNHCR;