Il y a lieu de rappeler que les institutions de l’Union disposent d’un large pouvoir d’appréciation pour déterminer les modalités d’organisation d’un concours et qu’il n’appartient au juge de l’Union de censurer ces modalités que dans la mesure nécessaire pour assurer le traitement égal des candidats et l’objectivité du choix opéré entre ceux-ci (voir arrêt du Tribunal du 16 septembre 2013, Höpcke/Commission, F‑46/12, point 63).
In herinnering moet worden geroepen dat de instellingen van de Unie over een ruime beoordelingsbevoegdheid beschikken om te bepalen op welke wijze een vergelijkend onderzoek dient te worden georganiseerd en dat de rechter van de Unie de wijze van organisatie slechts kan veroordelen voor zover dat noodzakelijk is om de gelijke behandeling van de kandidaten en de objectieve keuze tussen hen te verzekeren (zie arrest Gerecht van 16 september 2013, Höpcke/Commissie, F‑46/12, punt 63).