Le membre du personnel qui a interrompu sa carrière pour donner des soins palliatifs, peut cependant, après le décès de la personne ayant reçu les soins, obtenir de la part du pouvoir organisateur de l'(des) établissement(s) ou du/des centre(s) où il est employé, l'autorisation de reprendre ses fonctions ou d'exercer celles-ci de manière complète, avant que la période d'interruption de carrière soit expirée.
Het personeelslid dat zijn loopbaan onderbroken heeft voor het verstrekken van palliatieve verzorging, kan evenwel, na het overlijden van de persoon die de verzorging genoot, van de inrichtende macht van de instelling(en) of het/de centr(um)(a) waarbij hij tewerkgesteld is, de toelating krijgen om zijn ambt opnieuw op te nemen of opnieuw volledig uit te oefenen vooraleer de periode van onderbreking van de beroepsloopbaan verstreken is.