2. En consultation avec le CERS et, le cas échéant, les AES, le Conseil ou la Commission, sur demande de l'Autorité, de l'unité de surveillance de la BCE ou du CERS, ou de leur propre initiative, peuvent adopter une décision destinée à l'Autorité constatant l'existence d'une situation d'urgence aux fins du présent règlement.
2. De Raad en de Commissie kunnen, na een verzoek van de Autoriteit, de toezichtsdienst van de ECB of het ESRB of op eigen initiatief, in overleg met het ESRB en, voorzover van toepassing, de ESA's, een tot de Autoriteit gericht besluit nemen waarin bepaald wordt dat er sprake is van een noodsituatie in de zin van deze verordening.