Le Ministère de l'Intérieur est dispensé de la récupération, à charge de certains fonctionnaires de l'Office des Etrangers, des sommes payées indûment, à titre d'allocation octroyée pour l'exercice d'une fonction supérieure, à la suite de la non-application de l'article 1 de l'arrêté royal du 8 août 1983 relatif à l'exercice d'une fonction supérieure dans les administrations de l'Etat, modifié par les arrêtés royaux des 6 novembre 1991 et 17 mars 1995, de l'article 3, § 1, modifié par les arrêtés royaux des 25 février 1985 et 20 février 1989, et § 2, modifié par l'arrêté royal du 4 août 1996, et de l'article 4, modifié par les arrêtés royaux des 20 février 1989 et 4 août 1996,
et pour autant que ...[+++]class=yellow3>ces fonctionnaires aient supporté des charges réelles qui ne peuvent être considérées comme normales et inhérentes à leur fonction.
Het Ministerie van Binnenlandse Zaken wordt ontslagen van de terugvordering, ten laste van sommig
e ambtenaren van de Dienst Vreemdelingenzaken, van de ten onrechte uitbetaalde bedragen als toelage toegekend voor het uitoefenen van een hoger ambt, ingevolge het niet toepassen van artikel 1 van het koninklijk besluit van 8 augustus 1983 betreffende de uitoefening van een hoger ambt in de rijksbesturen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 6 november 1991 en 17 maart 1995, van artikel 3, § 1, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 25 februari 1985 en 20 februari 1989, en § 2, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 augustus 199
...[+++]6, en van artikel 4, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 20 februari 1989 en 4 augustus 1996, en voor zover deze ambtenaren werkelijke lasten hebben gedragen die niet als normaal en aan hun ambt onafscheidelijk verbonden kunnen worden beschouwd.