B. considérant que la justice, la liberté, la démocratie et l'État de droit trouvent leur source dans la reconnaissance authentique de la dignité de la personne humaine, et que cette reconnaissance constitue le fondement de tous les droits de l'homme,
B. overwegende dat gerechtigheid, vrijheid, democratie en de rechtsstaat voortkomen uit de oprechte erkenning van de menselijke waardigheid; overwegende voorts dat deze erkenning de basis van alle mensenrechten is,