les «produits», qui représentent les accroissements des avantages économiques intervenus au cours de l’exercice sous forme d’entrées ou d’augmentations de valeur des actifs ou de diminutions de passifs qui conduisent à des accroissements des actifs nets, autres que ceux issus d’apports effectués par des investisseurs.
a) „inkomsten”: tijdens de verslagperiode toegenomen economische baten in de vorm van een instroom van nieuwe activa of de toename van bestaande activa, dan wel afgenomen verplichtingen, een en ander resulterend in een toename van de nettoactiva, zonder de toenames die met bijdragen van beleggers verband houden.