1. Par dérogation aux dispositions des articles 11 et 17, les droits aux prestations d'invalidité des travailleurs qui ont été occupés dans les mines ou carrières avec exploitation souterraine en Belgique et au Chili sont déterminés suivant les règles définies à l'article 14, lorsque, compte tenu des périodes totalisées à cette fin, ces travailleurs remplissent les conditions prévues par la législation spéciale belge sur l'invalidité des ouvriers mineurs et assimilés.
1. In afwijking van de bepalingen van artikelen 11 en 17 worden de rechten op invaliditeitsuitkeringen van de werknemers die werkzaam geweest zijn in ondergrondse mijnen of steengroeven in België en in Chili, vastgesteld volgens de in artikel 14 bepaalde regelen, wanneer, rekening gehouden met de te dien einde samengevoegde tijdvakken, deze werknemers voldoen aan de eisen die gesteld worden door de speciale Belgische wetgeving betreffende de invaliditeit van de mijnwerkers en ermede gelijkgestelden.