5. le médecin prescripteur dispose, dans le dossier médical tenu pour ce patient, d'un avis préalable d'un médecin spécialiste en médecine interne, en cardiologie, ou en pédiatrie (si le patient est âgé de moins de 18 ans), qui confirme les conditions mentionnées au point a) ci-dessus, et le cas échéant, de la nécessité de l'association visée au point 3.2. ci-dessus.
5. de voorschrijvende arts beschikt, in het medisch dossier dat voor deze patiënt wordt bijgehouden, over een voorafgaand advies van een geneesheer specialist in de inwendige geneeskunde, in de cardiologie, of in de pediatrie (indien de patiënt jonger is dan 18 jaar), die de voorwaarden vermeld in punt a) hierboven en desgevallend de noodzaak van een associatie bedoeld in punt 3.2. hierboven bevestigt.