Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «cir 1992 interprétés » (Français → Néerlandais) :

La Cour est interrogée sur la compatibilité, avec les articles 10 et 11 de la Constitution, de l'article 134 du Code des impôts sur les revenus 1992 (ci-après : CIR 1992), interprété comme imposant l'imputation du supplément de quotité exemptée d'impôt pour enfant à charge dans le chef du conjoint qui a le revenu imposable le plus élevé, même lorsque ledit revenu est exonéré en vertu d'une disposition de droit international prévoyant son exonération sous réserve de progressivité, entraînant ainsi la perte du bénéfice de cet avantage fiscal.

Aan het Hof wordt een vraag gesteld over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 134 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (hierna : WIB 1992), in die zin geïnterpreteerd dat het de aanrekening van de toeslag op de belastingvrije som voor een kind ten laste bij de echtgenoot met het hoogste belastbare inkomen oplegt, zelfs wanneer dat inkomen is vrijgesteld krachtens een internationaalrechtelijke bepaling die voorziet in de vrijstelling ervan onder progressievoorbehoud, waardoor dat fiscale voordeel aldus verloren gaat.


Le juge a quo demande à la Cour si les articles 198, alinéa 1, 1°, et 185bis, § 1, du CIR 1992, interprétés en ce sens qu'ils conduisent à l'égalité de traitement précitée, violent les articles 10 et 11 de la Constitution.

De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of de artikelen 198, eerste lid, 1°, en 185bis, § 1, van het WIB 1992, aldus geïnterpreteerd dat zij tot de voormelde gelijke behandeling leiden, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schenden.


Moerman, E. Derycke, P. Nihoul et R. Leysen, assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président J. Spreutels, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par jugement du 3 septembre 2015 en cause de Dimitry Moedaert et Vinciane Schoonbroodt contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 17 septembre 2015, le Tribunal de première instance de Liège, division Liège, a posé une question préjudicielle qui, par ordonnance de la Cour du 14 octobre 2015, a été reformulée comme suit : « Les articles 132bis et 136 du CIR 1992, interprétés comme consid ...[+++]

Moerman, E. Derycke, P. Nihoul en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 3 september 2015 in zake Dimitry Moedaert en Vinciane Schoonbroodt tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 september 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling Luik, een prejudiciële vraag gesteld die bij beschikking van het Hof van 14 oktober 2015 als volgt werd geherformuleerd : « Schenden de artikelen 132bis en 136 van het WIB 1992, in die zin geïnter ...[+++]


Il résulte des B.10 et B.11.1 que l'article 7 de la loi du 23 décembre 1986 et l'article 378 du CIR 1992, interprétés comme n'imposant pas, en matière de fiscalité communale, la signification à la députation permanente du recours devant la cour d'appel, ont pour effet - alors même que la députation permanente a statué sur la réclamation introduite devant elle par l'auteur du recours - de ne pas mettre cette autorité en mesure de communiquer son dossier au greffe de la cour d'appel, comme le prescrit l'article 380 du CIR 1992.

Uit B.10 en B.11.1 vloeit voort dat artikel 7 van de wet van 23 december 1986 en artikel 378 van het WIB 1992, in die zin geïnterpreteerd dat zij inzake gemeentelijke fiscaliteit niet vereisen dat het beroep voor het hof van beroep aan de bestendige deputatie moet worden betekend, tot gevolg hebben - ook al heeft de bestendige deputatie uitspraak gedaan over het bezwaar dat door de auteur van het beroep bij haar is ingediend - dat zij die overheid niet in staat stellen haar dossier over te zenden aan de griffie van het hof van beroep, zoals voorgeschreven bij artikel 380 van het WIB 1992.


Il résulte de ce qui précède que l'article 7 de la loi du 23 décembre 1986 et l'article 378 du CIR 1992, interprétés comme n'imposant pas, en matière de fiscalité communale, la signification à la députation permanente du recours formé, contre sa décision, devant la cour d'appel, violent les articles 10 et 11 de la Constitution.

Uit het voorgaande vloeit voort dat artikel 7 van de wet van 23 december 1986 en artikel 378 van het WIB 1992, in die zin geïnterpreteerd dat zij inzake gemeentelijke fiscaliteit niet vereisen dat het tegen de beslissing van de bestendige deputatie ingestelde beroep voor het hof van beroep aan haar moet worden betekend, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schenden.


« L'article 356 du CIR 1992, tel qu'introduit par l'article 2 de la loi du 22 décembre 2009 portant des dispositions fiscales (M.B. 31 décembre 2009), tel qu'interprété par la Cour de cassation dans ses [arrêts] rendus le 13 février 2015 (R.G. n° F.13.0150.N.) et le 26 [lire : 5] novembre 2015 (R.G. n° F.14.0014.N.) comme autorisant l'administration fiscale à proposer au Tribunal une cotisation subsidiaire par simple dépôt de conclusions au greffe dans un délai de six mois à l'issue d'un jugement d'annulation sans devoir purger le vic ...[+++]

« Schendt artikel 356 van het WIB 1992, zoals ingevoerd bij artikel 2 van de wet van 22 december 2009 houdende fiscale bepalingen (B.S. 31 december 2009), zoals door het Hof van Cassatie in zijn op 13 februari 2015 (A.R. nr. F.13.0150.N) en op 26 [lees : 5] november 2015 (A.R. nr. F.14.0014.N) gewezen [arresten] in die zin geïnterpreteerd dat het de belastingadministratie toestaat aan de rechtbank een subsidiaire aanslag voor te stellen door binnen een termijn van zes maanden na een vonnis van nietigverklaring louter een conclusie ter griffie neer te leggen zonder aan het annulatiegebrek een einde te moeten maken, de artikelen 10 en 11 v ...[+++]


Il ressort de la motivation de la décision de renvoi et de la formulation de la question préjudicielle que le juge a quo demande s'il est satisfait à la condition de prévisibilité de l'ingérence dans le droit au respect du domicile si les articles 319, alinéa 1, du CIR 1992 et 63, alinéa 1, du Code de la TVA sont interprétés en ce sens qu'ils « confèrent aux agents compétents de l'administration fiscale un droit général, inconditionnel et illimité, de libre accès aux locaux professionnels mentionnés dans ces articles, ce qui permet à ...[+++]

Uit de motivering van de verwijzingsbeslissing en uit de formulering van de prejudiciële vraag blijkt dat de verwijzende rechter de vraag stelt of aan de vereiste van de voorzienbaarheid van de inmenging in het recht op eerbiediging van de woning is voldaan, indien artikel 319, eerste lid, van het WIB 1992 en artikel 63, eerste lid, van het WBTW zo worden begrepen « dat zij de bevoegde fiscale ambtenaren een algemeen, onvoorwaardelijk en onbeperkt recht verlenen tot vrije toegang van de in die artikelen vermelde bedrijfslokalen, waarbij deze ambtenaren deze lokalen zonder voorafgaandelijke toestemming mogen doorzoeken [...] met het oog o ...[+++]


« L'article 219 du CIR 1992 viole-t-il les articles 10, 11 et 172 de la Constitution s'il est interprété en ce sens que l'article 219, alinéa 7, du CIR 1992 ne devrait pas être appliqué si le bénéficiaire du montant des dépenses visées à l'article 57 ou des avantages de toute nature visés aux articles 31, alinéa 2, 2°, et 32, alinéa 2, 2°, qui n'est pas justifié par la production de fiches individuelles et d'un relevé récapitulatif et qui provient de bénéfices dissimulés a été identifié de manière univoque au plus tard dans un délai d ...[+++]

« Schendt artikel 219 WIB92 de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet in die zin uitgelegd dat artikel 219, lid 7 WIB92 niet zou moeten worden toegepast indien de verkrijger van het bedrag van de kosten bedoeld in artikel 57 of van de voordelen van alle aard bedoeld in de artikelen 31, tweede lid, 2°, en 32, tweede lid, 2° dat niet wordt verantwoord door individuele fiches en een samenvattende opgave en [voortkomt] uit verdoken meerwinsten op ondubbelzinnige wijze werd geïdentificeerd uiterlijk binnen 2 jaar en 6 maanden volgend op 1 januari van het betreffende aanslagjaar, terwijl artikel 219, lid 7 WIB92 in de gegeven omstandigheden w ...[+++]


La Cour est interrogée sur la compatibilité avec les articles 10 et 11 de la Constitution de l'article 7 de la loi du 23 décembre 1986 et de l'article 378 du CIR 1992, en ce que, dans l'interprétation selon laquelle ces dispositions, dans la version examinée, n'imposent pas la signification à la députation permanente d'un recours formé contre la décision qu'elle a prise en matière de fiscalité communale, le délai de dépôt de pièces nouvelles ou de griefs nouveaux, prévu par l'article 381 du CIR 1992, ne pourrait s'ouvrir au bénéfice du contribuable qui introduit un recours en ...[+++]

Aan het Hof wordt een vraag gesteld over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 7 van de wet van 23 december 1986 en van artikel 378 van het WIB 1992, in zoverre de in artikel 381 van het WIB 1992 bedoelde termijn voor het neerleggen van nieuwe stukken of nieuwe grieven, in de interpretatie waarin die bepalingen in de onderzochte versie niet vereisen dat een beroep dat is ingesteld tegen de beslissing die de bestendige deputatie inzake gemeentelijke fiscaliteit heeft genomen, aan laatstgenoemde moet ...[+++]


2. a) Ne pourrions-nous nous doter d'un mécanisme complémentaire en imposant une dénonciation sur la simple notion de "mécanismes de fraude", qui connaît d'ores et déjà une définition et une interprétation éprouvée (article 53 Code TVA, 327 CIR 1992 et désormais les articles 318 et 322 CIR 1992) plutôt que de nous référer à des éléments circonstanciels et subjectifs tels que la "gravité" ou la "complexité"? b) Cette dénonciation ne pourrait-elle déboucher devant une autre autorité que la CTIF, reposant sur la découverte de fraude fisc ...[+++]

2. a) Zouden we geen aanvullend mechanisme in het leven moeten roepen teneinde een aangifte verplicht te stellen op grond van het eenvoudige concept 'fraudemechanismen', dat al gedefinieerd is en een vaste interpretatie kent (artikel 53 van het btw-Wetboek, artikel 327 van het WIB 1992 en voortaan ook de artikelen 318 en 322 van het WIB 1992) in plaats van te verwijzen naar subjectieve en indirecte aanwijzingen zoals de 'ernst' en de 'complexiteit' der feiten? b) Zou die aangifte op grond van de vaststelling van fiscale fraude, die ni ...[+++]




datacenter (12): www.wordscope.be (v4.0.br)

cir 1992 interprétés ->

Date index: 2021-09-24
w