Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «cir 1992 selon » (Français → Néerlandais) :

Doit encore être examinée l'hypothèse d'une société qui répond aux critères de la PME au sens de l'article 201, alinéa 1, 1°, du CIR 1992, selon qu'elle cède l'usage de l'immobilisation acquise à une personne physique aux conditions décrites par la question ou selon qu'elle cède l'usage de l'immobilisation à un tiers autre qu'une personne physique.

Voorts moet de hypothese nog worden onderzocht van een vennootschap die beantwoordt aan de criteria van een kmo in de zin van artikel 201, eerste lid, 1°, van het WIB 1992, naargelang zij het gebruik van de verkregen vaste activa overdraagt aan een natuurlijke persoon onder de in de vraag omschreven voorwaarden, dan wel het gebruik van de vaste activa overdraagt aan een andere derde dan een natuurlijke persoon.


L'article 134 du CIR 1992 en cause, combiné avec l'article 155 du CIR 1992, a pour effet d'imputer le supplément de quotité exemptée pour enfant à charge dans le chef du contribuable qui a le revenu imposable le plus élevé, ce qui, selon le juge a quo, ferait perdre l'avantage fiscal pour enfant à charge aux couples de résidents pour lesquels une imposition commune est établie, et dont l'un des membres - en l'occurrence celui qui perçoit effectivement les revenus les plus élevés - perçoit des traitements en provenance d'une organisati ...[+++]

Het in het geding zijnde artikel 134 van het WIB 1992, in samenhang gelezen met artikel 155 van het WIB 1992, heeft tot gevolg de toeslag op de belastingvrije som voor kinderen ten laste aan te rekenen bij de belastingplichtige met het hoogste belastbare inkomen, waardoor, volgens de verwijzende rechter, ingezeten echtparen voor wie een gemeenschappelijke belasting is gevestigd en waarvan een van de echtgenoten - in voorkomend geval de persoon die daadwerkelijk het hoogste inkomen ontvangt - vanwege een internationale organisatie wedden ontvangt die bij overeenkomst zijn vrijgesteld onder progressievoorbehoud, het belastingvoordeel voor ...[+++]


L'article 219, alinéa 7, du CIR 1992, tel qu'il a été modifié par l'article 30 de la loi-programme du 19 décembre 2014, peut cependant recevoir une autre interprétation, selon laquelle cette disposition ne s'oppose pas à ce que le juge a quo, saisi d'un recours contre une cotisation distincte, puisse limiter l'exception prévue par cette disposition aux cas dans lesquels l'identification univoque du bénéficiaire dans le délai de deux ans et six mois permet à l'administration fiscale de procéder à l'imposition dans le chef de celui-ci.

Artikel 219, zevende lid, van het WIB 1992, zoals gewijzigd bij artikel 30 van de programmawet van 19 december 2014, kan evenwel anders worden geïnterpreteerd, namelijk in die zin dat die bepaling zich niet ertegen verzet dat de verwijzende rechter bij wie een beroep wordt ingesteld tegen een afzonderlijke aanslag, de uitzondering waarin die bepaling voorziet kan beperken tot de gevallen waarin een ondubbelzinnige identificatie van de verkrijger binnen de termijn van twee jaar en zes maanden de belastingadministratie in staat stelt om over te gaan tot de belasting van die laatste.


Selon le juge a quo, cette dernière situation, qui aboutirait à ce que ni le contribuable ni le bénéficiaire ne soit imposé sur les sommes en question, serait la conséquence de l'application de l'article 219, alinéa 7, du CIR 1992 précité à tous les litiges qui ne sont pas encore clôturés à la date de l'entrée en vigueur de la loi-programme du 19 décembre 2014.

Volgens de verwijzende rechter zou die laatste situatie, die ertoe zou leiden dat noch de belastingplichtige, noch de verkrijger op die bedragen wordt belast, het gevolg zijn van de toepassing van het voormelde artikel 219, zevende lid, van het WIB 1992 op alle geschillen die nog niet zijn afgesloten op de datum van de inwerkingtreding van de programmawet van 19 december 2014.


Dans l'interprétation selon laquelle l'article 171, 6°, deuxième tiret, du CIR 1992 exige que la tardiveté du paiement soit imputable à une faute ou à une négligence de l'autorité publique pour que le contribuable puisse bénéficier d'une imposition distincte, cette disposition n'est pas compatible avec les articles 10, 11 et 172 de la Constitution.

In die interpretatie dat artikel 171, 6°, tweede streepje, van het WIB 1992 vereist dat de niet-tijdige betaling toe te schrijven is aan een fout of aan een nalatigheid van de overheid opdat de belastingplichtige een afzonderlijke belasting kan genieten, is die bepaling niet bestaanbaar met de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet.


La juridiction a quo interroge la Cour sur la compatibilité de l'article 84ter du Code de la taxe sur la valeur ajoutée (ci-après : Code de la TVA) avec les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce que cet article, pour une même opération imposable, traite les contribuables différemment selon qu'ils font l'objet d'une enquête fiscale sur la base de l'article 84ter du Code de la TVA ou d'une enquête fiscale sur la base de l'article 333, alinéa 3, du Code des impôts sur les revenus 1992 (ci-après : CIR 1992).

Het verwijzende rechtscollege ondervraagt het Hof over de bestaanbaarheid van artikel 84ter van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde (hierna : WBTW) met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat het belastingplichtigen met betrekking tot eenzelfde belastbare handeling, verschillend behandelt naargelang zij het voorwerp zijn van een fiscaal onderzoek op grond van artikel 84ter van het WBTW, dan wel van een fiscaal onderzoek op grond van artikel 333, derde lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (hierna : WIB 1992).


La Cour est interrogée sur la compatibilité avec les articles 10 et 11 de la Constitution de l'article 7 de la loi du 23 décembre 1986 et de l'article 378 du CIR 1992, en ce que, dans l'interprétation selon laquelle ces dispositions, dans la version examinée, n'imposent pas la signification à la députation permanente d'un recours formé contre la décision qu'elle a prise en matière de fiscalité communale, le délai de dépôt de pièces nouvelles ou de griefs nouveaux, prévu par l'article 381 du CIR 1992, ne pourrait s'ouvrir au bénéfice d ...[+++]

Aan het Hof wordt een vraag gesteld over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 7 van de wet van 23 december 1986 en van artikel 378 van het WIB 1992, in zoverre de in artikel 381 van het WIB 1992 bedoelde termijn voor het neerleggen van nieuwe stukken of nieuwe grieven, in de interpretatie waarin die bepalingen in de onderzochte versie niet vereisen dat een beroep dat is ingesteld tegen de beslissing die de bestendige deputatie inzake gemeentelijke fiscaliteit heeft genomen, aan laatstgenoemde moet worden betekend, niet zou kunnen aanvangen ten voordele van de belastingplichtige die een beroep inzake ...[+++]


La Cour constitutionnelle, composée des présidents A. Alen et J. Spreutels, et des juges E. De Groot, L. Lavrysen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul et T. Giet, assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président A. Alen, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par jugement du 8 décembre 2014 en cause de la SPRL « Untill » contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 23 décembre 2014, le Tribunal de première instance d'Anvers, division Anvers, a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 198, § 1, 10°, du CIR 1992, combiné avec l'art ...[+++]

Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en J. Spreutels, en de rechters E. De Groot, L. Lavrysen, T. MerckxVan Goey, P. Nihoul en T. Giet, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 8 december 2014 in zake de bvba « Untill » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 december 2014, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 198, § 1, 10° WI ...[+++]


Il peut être déduit de la question préjudicielle que le juge a quo interroge la Cour sur la compatibilité de la disposition en cause avec les articles 10, 11 et 172 de la Constitution, en ce que tous les paiements qui sont effectués directement ou indirectement vers des Etats visés dans l'article 307, § 1, alinéa 3, du CIR 1992 et qui n'ont pas été déclarés conformément à cette disposition, sont rejetés en tant que frais professionnels, sans faire de distinction selon que les paiements ont été exécutés ou non dans le cadre d'opération ...[+++]

Uit de prejudiciële vraag kan worden afgeleid dat de verwijzende rechter het Hof ondervraagt over de bestaanbaarheid van de in het geding zijnde bepaling met de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, doordat alle betalingen die rechtstreeks of onrechtstreeks zijn verricht naar Staten zoals bedoeld in artikel 307, § 1, derde lid, van het WIB 1992 en die niet zijn aangegeven overeenkomstig die bepaling, als beroepskosten worden verworpen, zonder een onderscheid te maken naargelang de betalingen al dan niet voor werkelijke en oprechte verrichtingen werden uitgevoerd of naargelang zij al dan niet een belastingontduiking in België kunnen in ...[+++]


3. Plus précisément, puis-je connaître le nombre d'amendes administratives infligées aux contribuables personnes physiques et sociétés pour chacune des années 2012, 2013 (en ventilant les chiffres selon les 6 premiers mois de l'année et les 6 derniers mois) et 2014, selon qu'il s'agit: a) d'amendes en cas d'infractions au CIR 1992; b) d'amendes en matière de précompte professionnel et de précompte mobilier?

3. Hoeveel administratieve boetes werden er in 2012, 2013 (met een opsplitsing tussen het eerste en het tweede semester van het jaar) en 2014 aan natuurlijke personen-belastingplichtigen en vennootschappen-belastingplichtigen opgelegd, met een onderscheid tussen: a) boetes wegens inbreuken op het WIB 1992; b) boetes inzake roerende en bedrijfsvoorheffing?




D'autres ont cherché : cir     cir 1992 selon     selon     autre interprétation selon     dans l'interprétation selon     revenus     contribuables différemment selon     une distinction selon     distinction selon     chiffres selon     cir 1992 selon     


datacenter (12): www.wordscope.be (v4.0.br)

cir 1992 selon ->

Date index: 2021-01-21
w