considère que les "objectifs de Lisbonne" devraient rester une priorité de l'Union dans le prochain cadre financier et que des efforts considérables doivent être faits en vue d'atteindre ces objectifs; considère que les moyens budgétaires devraient être appropriés mais réalistes, qu'ils doivent être augmentés mais non surévalués et qu'ils doivent être limités à la subsidiarité et à une valeur
ajoutée européenne claire; soutient donc totalement la proposition de la Commission pour la recherche et les RTE dans le domaine des transports; propose une réaffectation globale de 4,7 milliards EUR des
...[+++]activités accessoires et non prioritaires vers la rubrique 3 (+ 1,3 milliard EUR), la rubrique 4 (+ 2,7 milliards EUR) et l'apprentissage tout au long de la vie (+ 670 millions EUR); et, à titre additionnel, une réaffectation interne de 200 millions EUR des RTE dans le domaine de l'énergie vers l'Agenda social; is van mening dat de doelstellingen van Lissabon binnen het volgende financieel kader een prioriteit voor de Unie dienen te blijven en dat serieus gewerkt moet worden aan het bereiken ervan; is van mening dat de begrotingsmiddelen passe
nd maar realistisch moeten zijn, verhoogd maar niet te hoog, beperkt tot subsidiariteit en een duidelijke Europese toegevoegde waarde; ondersteunt volledig het voorstel van de Commissie voor onderzoek en TEN's-T; stelt een algemene herschikking voor van 4,7 miljard EUR van de marge en niet-prioritaire activiteiten ten behoeve van rubriek 3 (+ 1,3 miljard EUR), rubriek 4 (+ 2,7 miljard EUR) en levenslang
...[+++] leren (+ 670 miljoen EUR); stelt verder een interne herschikking voor van 200 miljoen EUR van TEN-E naar de sociale agenda,